De profeten
Alle lof zij Allah en vrede en zegeningen zij met Zijn Profeet, diens familie en metgezellen.
Allah heeft Ibraahiem (vrede zij met hem) gezonden en vanuit zijn nageslacht deed Hij profeetschappen en boeken voortkomen. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“En vertel (O Mohammed) in het Boek over Ibraahiem: hij was een waarachtige Profeet.”
(Soerat Maryam: 41)
Hij eerde hem (vrede zij met hem) met gunsten en prijzenswaardige eigenschappen. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“Waarlijk, Ibraahiem was een leidsman, gehoorzaam aan Allah, een pure monotheïst en hij behoorde niet tot de veelgodenaanbidders. (Hij was) dankbaar voor Zijn gunsten, Hij verkoos hem en leidde hem op een Rechte Pad. En Wij gaven hem in de wereld het goede en voorwaar, in het Hiernamaals behoort hij tot de oprechten.”
(Soerat an-Nahl: 120-122)
Ibraahiem (vrede zij met hem) is de vader der profeten. Na hem heeft Allah geen andere Profeet gestuurd, of zij kwamen uit zijn nageslacht.
Hij (vrede zij met hem) werd begunstigd met twee kinderen die beiden door Allah werden verkozen tot Profeet; Ismaaciel (vrede zij met hem), de voorvader van de Arabieren, uit wiens nageslacht Allah de Profeet Mohammed (vrede zij met hem) heeft gestuurd en Ishaaq (vrede zij met hem) die Allah begunstigde met de Profeet Jacqoeb (vrede zij met hem). Jacqoeb staat ook wel bekend als Israël, naar wie de kinderen van Israël en hun profeten zijn vernoemd.
De Koran refereert naar het feit dat Ibraahiem de vader der Profeten is, door te zeggen (interpretatie van de betekenis)
“En Wij schonken hem Ishaaq en Jacqoeb, allen leidden Wij, en ervoor leiden wij Noeh, en van zijn nageslacht Daawoed en Soelaymaan en Ayyoeb en Yoesoef en Moesaa en Haaroen: en zo belonen Wij de weldoeners. En Zakariyya en Yayhaa en cIesaa en Ilyaas: allen behoorden tot de oprechten. En Ismaaciel en al-Yasac en Yoenoes en Loet, allen hebben Wij boven de wereldbewoners bevoorrecht.”
(Soerat al-Ancaam: 84-86)
In Irak nodigde Ibraahiem (vrede zij met hem) zijn volk uit naar de aanbidding van Allah, de Enige, en het verlaten van de aanbidding van beelden die niet kunnen baten noch schaden. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“En (gedenkt) Ibraahiem, toen hij tot zijn volk zei: ,,Aanbidt Allah en vreest Hem, dat is beter voor jullie, Als jullie het weten. Voorwaar, wat jullie naast Allah aanbidden zijn slechts afgoden, en jullie verzinnen leugens. Voorwaar, degenen die jullie naast Allah aanbidden hebben geen macht om jullie van levensonderhoud te voorzien. Zoek daarom de levensvoorziening bij Allah en aanbidt Hem, en wees Hem dankbaar, tot Hem worden jullie teruggebracht.”
(Soerat al-cAnkaboet: 16-17)
Ibraahiem (vrede zij met hem) wilde zijn volk bevrijden van het aanbidden van beelden en hen zuiveren van bijgeloof en fabels. Hij vroeg zijn volk over deze beelden, zoals Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“En lees hen de geschiedenis van Ibraahiem voor. (Gedenkt) toen hij tot zijn vader en zijn volk zei: ,,Wat aanbidden jullie?” Zij zeiden: ,,Wij aanbidden afgodsbeelden en wij zullen hen blijven aanbidden. Hij (Ibraahiem) zei: ,,Horen zij jullie, wanneer jullie hen aanroepen? Of brengen zij jullie voordeel of berokkenen zij jullie nadeel?” Zij zeiden: ,,Wij troffen onze vaderen op dezelfde wijze aan.”
(Soerat ash-Shoecaraa’: 69-74)
Hierna legde hij hen uit om anderen niet blindelings te volgen, zoals dat bij dieren het geval is. Hij legde hen de ultieme waarheid voor, dat alleen Allah aanbeden mag worden en dat Hij Degene is in Wiens Hand de heerschappij over alle zaken ligt.
“Hij (Ibraahiem) zei: ,,Hebben jullie dan gezien wat jullie plegen te aanbidden? Jullie en jullie vaderen die voorafgingen? Voorwaar, zij zijn een vijand voor mij, (ik aanbid niemand) behalve de Heer der Werelden. Degene Die mij voedt en Die mij te drinken geeft. En wanneer ik ziek ben, is Hij het Die mij geneest. En (Hij is) Degene Die mij doet sterven en mij vervolgens doet leven. En degene van Wie ik hevig verlang dat Hij mijn zonden zal vergeven op de Dag des Oordeels.”
(Soerat ash-Shoecaraa’: 75-82)
De vader van Ibraahiem behoorde tot de afgodendienaren. Hij maakte beelden en verkocht deze. Het ongeloof van zijn vader baarde Ibraahiem (vrede zij met hem) zorgen waardoor hij hem apart nam om hem te adviseren, zeggende:
“O mijn vader, waarom aanbidt u iets dat niet hoort, en niet ziet en u niets baat? O mijn vader, er is waarlijk kennis tot mij gekomen, die niet tot u kwam. Dus volg mij, dan leidt ik u tot het rechte Pad.”
(Soerat Maryam: 42-43)
Echter accepteerde zijn vader dit niet van hem en bedreigde en stenigde hem. Hij zei (interpretatie van de betekenis)
“Hij zei: ,,Haat jij mijn goden, O Ibraahiem?” Als jij niet ophoudt, zal ik jou zeker stenigen, ga bij mij vandaan voor een lange tijd.”
(Soerat Maryam: 46)
Ibraahiem had geen andere optie dan hem te verlaten, zeggende (interpretatie van de betekenis):
“Vrede zij met u, ik zal vergeving voor u vragen bij mijn Heer: voorwaar, Hij is mij altijd mild gestemd.”
(Soerat Maryam: 47)
Ibraahiem bleef zijn Heer om vergiffenis en leiding vragen voor zijn vader. Toen het echter duidelijk werd dat zijn vader een vijand was van Allah, distantieerde Ibraahiem (vrede zij met hem) zich van hem en stopte hij met het vragen van vergiffenis voor hem. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“En Ibraahiem’s verzoek om vergeving voor zijn vader was slechts vanwege een belofte die hij aan hem had gedaan. Toen het hem duidelijk was geworden dat hij een vijand van Allah was, verbrak hij (de band) met hem. Voorwaar, Ibraahiem was zeker nederig, zachtaardig.”
(Soerat at-Tauwbah: 114)
Nadat prediking en onderwijs geen effect had op het volk van Ibraahiem en zij volharden in het aanbidden van beelden, wilde Ibraahiem doelmatig bewijzen dat deze beelden niet konden baten noch konden schaden. Allah zegt (interpretatie van de betekenis)
“Hij keek toen een ogenblik naar de sterren. Hij zei toen: ,,Voorwaar, ik ben ziek.” Toen wendden zij zich af, hem de rug toekerend. Toen ging hij heimelijk naar hun goden en zei: “Eten jullie (dit voedsel) niet? Wat is er met jullie dat jullie niet spreken?” Toen liep hij op hen af en sloeg (hen) met de rechterhand.”
(Soerat as-Saaffaat: 88-93)
Met uitzondering van het grootste beeld, brak Ibraahiem (vrede zij met hem) alle beelden zodat zij zouden vragen wie hiervoor verantwoordelijk was. Allah zegt hierover (interpretatie van de betekenis)
“Toen sloeg hij hen allemaal in stukken, behalve de grootste van hen, opdat zij tot hem zouden terugkeren.”
(Soerat Al-Anbiyaa': 58)
Toen zij terugkwamen van hun festiviteiten, zagen zij de gebroken beelden en beschuldigden Ibraahiem hiervan. Hij zei tot hen (interpretatie van de betekenis):
“Nee, de grootste van hen heeft dat gedaan. Dus ondervraagt hen maar, als zij kunnen spreken.”
(Soerat Al-Anbiyaa': 63)
Aangezien het levensloze objecten betrof en zij wisten dat deze beelden niet konden spreken, zeiden zij tegen Ibraahiem het volgende (interpretatie van de betekenis):
“Voorwaar, jij weet dat zij niet kunnen spreken.”
(Soerat al-Anbiyaa’: 65)
Toen zij toegaven dat deze beelden niets konden doen, zei Ibraahiem tot hen (interpretatie van de betekenis) :
“Wee jullie en wat jullie naast Allah aanbidden. Begrijpen jullie dan niet?”
(Soerat al-Anbiyaa’: 67)
Toen zij al hun argumenten hadden uitgeput, wenden zij zich tot het gebruik van geweld. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“Zij (de ongelovigen) zeiden: “Verbrandt hem en helpt jullie goden, als jullie (iets willen) ondernemen.”
(Soerat al-Anbiyaa’: 68)
Zij verzamelden hout en stookten een vuur met veel vonken en grote vlammen, om daarna Ibraahiem (vrede zij met hem) hierin te werpen. Hij zei: “Allah is mij voldoende en Hij is de beste beschermer.” Allah bevrijdde hem hiervan en maakte het vuur koel en veilig voor hem en deed de listen van zijn vijanden op niets uitlopen. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“Wij (Allah) zeiden: O vuur, wees koel en veilig voor Ibraahiem. En zij wilden een list tegen hem beramen, maar Wij maakten hen tot de grootste verliezers.”
(Soerat al-Anbiyaa’: 69-70)
Na Ibraahiem beschermd te hebben tegen het Vuur, heeft Allah hem opgedragen Irak te verlaten en te emigreren naar het heilige land Palestina. Hij trouwde met Saarah, de dochter van zijn oom en vertrok met haar en met Loet, de zoon van zijn broer naar Shaam. Allah de Verhevene zegt (interpretatie van de betekenis):
“En Wij redden hem en Loet naar het land dat Wij gezegend hebben voor de wereldbewoners.”
(Soerat al-Anbiyaa’: 71)
Nadat Shaam werd getroffen door zware tijden vertrok hij met zijn vrouw naar Egypte om vervolgens naar Palestina te gaan in gezelschap van haar en haar slavin, Haadjar. Ibraahiem (vrede zij met hem) verlangde naar kinderen, echter was zijn vrouw onvruchtbaar en van hoge leeftijd. Toen zij zag hoezeer Ibraahiem verlangde naar het hebben van kinderen gaf zij hem haar slavin, Haadjar, om haar te huwen. Hierop schonk zij hem een zoon, Ismaciel genaamd.
“Mijn Heer, schenk mij (een zoon) van de rechtschapenen. Toen verkondigden Wij hem een verheugende tijding van een zachtmoedige jongen (Ismaciel).”
(Soerat As-Saaffaat: 100-101)
Nadat Haadjar geboorte had gegeven aan Ismaciel, openbaarde Allah aan Ibraahiem om Haadjar en de kleine Ismaciel naar Mekka te brengen. Haadjar en Ismaciel kwamen aan bij een afgelegen plaats waar geen water te vinden was en hij liet hen hier achter. Vervolgens liep hij terug naar Palestina, waarbij Haadjar hem vroeg: “Waarom laat je ons achter in deze afgelegen vallei? Heeft Allah het zo bevolen?” Waarna Ibraahiem hier bevestigend op antwoordde. Haadjar zei hierop: “Dan zal Allah ons niet verlaten.”
Ibraahiem (vrede zij met hem) gaf zich over aan het bevel van zijn Heer en was geduldig bij het achterlaten van zijn vrouw en kind. Na enige afstand keek hij naar hen terug, terwijl zij zich bevonden op de plaats van de Kacbah en verrichtte voor hen een smeekbede met de volgende tekst (interpretatie van de betekenis):
“Onze Heer! Voorwaar, ik heb mijn nageslacht laten wonen in een onbegroeide vallei bij Uw gewijde huis (de Kacbah). Onze Heer, (ik liet hen achter) zodat zij het gebed zullen onderhouden, laat daarom de harten van de mensen tot hen neigen, en voorzie hen van vruchten. Opdat zij dankbaar zullen zijn.
(Soerat Ibraahiem: 37)
Haadjar verbleef in Mekka met alleen het eten en drinken dat Ibraahiem voor haar en haar zoon had achtergelaten. Toen hier niets meer van over was werden zij en haar zoon dorstig. Ze zocht water en beklom de berg as-Safaa, maar trof niets. Daarna beklom zij de berg al-Marwah en ook hier was niets te vinden. Dit herhaalde zich zeven keer, waarna ze zich richting Ismaciel begaf. Daar zag zij dat water rijkelijk vloeide bij zijn voeten. Zij was verheugd en dronk ervan om vervolgens ook haar zoon hiervan te laten drinken. De stam ‘Djoerham’ kwam en vroeg Haadjar om toestemming om zich bij het water te vestigen. Toen Ismaciel ouder was huwde hij één van hun vrouwen en leerde de Arabische taal van hen.
Gedurende deze periode bezocht Ibraahiem zijn zoon van tijd tot tijd. In één van zijn bezoeken droomde Ibraahiem dat Allah hem opdracht gaf zijn zoon Ismaciel te offeren. De dromen van de Profeten zijn onderdeel van de openbaring en daarom besloot Ibraahiem gehoor te geven aan dit bevel, ondanks dat hij van hoge leeftijd was en Ismaciel zijn enige zoon was. Allah de Verhevene zegt: (interpretatie van de betekenis):
“Toen verkondigden Wij hem de verheugende tijding van een zachtmoedige jongen (Ismaciel). Toen hij de leeftijd had bereikt waarop hij hem (Ibraahiem) kon helpen, zei hij: ,,O mijn zoon, voorwaar, ik heb in een droom gezien dat ik jouw zal offeren, zeg mij hoe jij daarover denkt.’’ Hij (Ismaciel) zei: ,,O mijn vader, doe wat u is bevolen, u zult vinden dat ik, als Allah het wil tot de geduldigen behoor.” Toen zij zich (aan Allah) hadden overgegeven en hij hem op zijn slaap had gelegd (om te offeren). Toen riepen Wij tot hen: ,,O Ibraahiem!” Waarlijk, jij hebt de droom in waarheid vervuld. Voorwaar, zo belonen Wij de weldoeners. Voorwaar, dat is zeker de duidelijke beproeving. En Wij gaven hem ter vervanging een geweldig offerdier.”
(Soerat as-Saaffaat: 101-107)
Tevens gaf Allah Ibraahiem (vrede zij met hem) de blijde tijding van een zoon, genaamd Ishaaq, waarna Ibraahiem (vrede zij met hem) terugkeerde naar Palestina. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“En Wij verkondigden hem de verheugende tijding over (de geboorte van) Ishaaq, als een Profeet van de rechtschapenen.”
(Soerat as-Saaffaat: 112)
Saarah gaf geboorte aan Ishaaq. Allah zegt hierover (interpretatie van de betekenis):
“En zijn vrouw stond en lachte en zij lachte, daarna verkondigden Wij haar een verheugende tijding over (de geboorte van) Ishaaq, en na Ishaaq Yacqoeb.”
(Soerat Hoed 71)
Ibraahiem verbleef een tijd in Palestina om vervolgens weer naar Mekka te reizen voor een grootse bevel. Allah de Verhevene beval hem om in Mekka het eerste huis voor de aanbidding van Allah te bouwen. Ibraahiem nam deze taak op zich terwijl Ismaciel hem de stenen aanreikte. Toen de muren hoger werden, stond Ibraahiem op een rots, ‘Maqaam Ibraahiem’ (standplaats van Ibraahiem) genaamd, die te vinden is in de nabije omgeving van de Kacbah. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“En (gedenkt) toen Ibraahiem de grondvesten van het Huis legde, en Ismaciel (samen smeekten:) onze Heer, aanvaard het van ons. Waarlijk, U bent de Alhorende, de Alwetende.”
(Soerat al-Baqarah: 127)
Allah beval Ibraahiem en Ismaciel (vrede met hen beide) om het Huis te reinigen van onreinheden voor de rondgaande, staande, buigende en knielende (in het gebed). Toen Ibraahiem het Huis had gebouwd, beval Allah hem om de mensen uit te nodigen de bedevaart te komen verrichten. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“En verkondig onder de mensen de bedevaart, zij zullen te voet naar jou komen of op magere kamelen, van elke vergelegen plek.”
(Soerat al-Haddj: 27)
Daarna verrichte Ibraahiem een grootse smeekbede voor Mekka en haar inwoners, zeggende (interpretatie van de betekenis):
“En (gedenkt) toen Ibraahiem smeekte: ,,Mijn Heer, maak dit gebied tot een veilige plaats en voorzie haar bewoners van vruchten, degenen van hen die geloven in Allah en in het Hiernamaals.” Hij (Allah) zei: “En (ook) degene die ongelovig is, zal ik genietingen schenken, voor een korte tijd, daarna zal Ik hen naar de bestraffing van de Hel drijven. En dat is de slechtste plaats van terugkeer.”
(Soerat al-Baqarah: 126)
Vervolgens verrichte hij een smeekbede voor zichzelf en zijn nakomelingen, zeggende (interpretatie van de betekenis):
“En (gedenkt) toen Ibraahiem de grondvesten van het Huis legde, en Ismaciel (samen smeekten:) onze Heer, aanvaard het van ons. Waarlijk, U bent de Alhorende, de Alwetende. Onze Heer, maak ons beiden tot mensen die zich overgeven aan U en (maak) onze nakomelingen tot een volk dat zich overgeeft aan U en onderwijs ons de gebruiken en aanvaard ons berouw. Waarlijk, U bent de Meest Berouwaanvaardende, de Meest Barmhartige.”
(Soerat al-Baqarah: 127-128)
Hierna verrichtte hij een smeekbede voor de mensen van Mekka, om vanuit hun lendenen profeten voort te brengen die uitnodigen naar het aanbidden van Allah alleen. Hij zei (interpretatie van de betekenis):
“Onze Heer, en zend tot hen een Boodschapper van hun (eigen volk), die hun Uw Verzen voordraagt en die hen het Boek (de Koran) en de Wijsheid onderwijst en die hen reinigt. Voorwaar, u bent de Almachtige, de Alwijze.”
(Soerat al-Baqarah: 129)
Allah heeft het smeekgebed van Zijn profeet Ibraahiem (vrede zij met hem) verhoord en heeft Mekka tot een veilig oord gemaakt, haar inwoners met vruchten begunstigd en uit hen de laatste der profeten en boodschappers, Mohammed (vrede zij met hem) gezonden. Alle lof en dank zij Allah.
Na het profeetschaap van Ibraahiem is het profeetschap voor een langere tijd aan de kinderen van Israël gegeven, totdat Allah vanuit het nageslacht van Ismaaciel Mohammed (vrede zij met hem) verkoos als een Boodschapper voor de gehele mensheid en hem de volgende opdracht gaf. Allah zei namelijk (interpretatie van de betekenis):
“Zeg: ,,O mensen, voorwaar, ik ben de boodschapper van Allah voor jullie allen.”
(Soerat al-cAraaf: 158)
Allah de Verhevene beval Mohammed (vrede zij met hem) om de religie van Ibraahiem te volgen. Allah zegt namelijk (interpretatie van de betekenis):
“Daarop openbaarden Wij aan jou (O Mohammed): ,,Volg de godsdienst van Ibraahiem, pure monotheïst, en hij behoorde niet tot de veelgodenaanbidders.”
(Soerat an-Nahl: 123)
Ibraahiem (vrede zij met hem) gaf zijn kinderen het advies zich vast te klampen aan de Islam en tot hun dood hiernaar te handelen. Allah, de Verhevene, zegt (interpretatie van de betekenis):
“En Ibraahiem droeg (het volgende) op aan zijn kinderen, alsook Yaccoeb: ,,O mijn kinderen, voorwaar, Allah heeft de godsdienst voor jullie gekozen, sterft dan niet behalve als jullie gelovigen zijn.”
(Soerat al-Baqarah: 132)
O Allah, Uw vrede zij met Ibraahiem en zijn familie. Voorwaar, U bent Meest Prijzenswaardig, Meest Vrijgevig.
Andere Profeten die in de tijd van Ibraahiem leefden waren: Loet, Ismaciel, Ishaaq en Yaccoeb. Daarna zond Allah achtereenvolgens Yoesoef, Shoecayb, Ayyoeb en Dhoelkifl. Vervolgens zond Allah Moesaa en Haaroen (vrede met hen allen).
Sheich Mohammad ibn Ibrahiem at-Toewadjri